9 december 2021
35 TWh hernieuwbare elektriciteit in 2030 is haalbaar
Doelen Klimaatakkoord zijn bereikbaar
Het is goed mogelijk dat het doel van 35 TWh aan hernieuwbaar opgewekte elektriciteit uit zon en wind in 2030 wordt gehaald. Dat is een van de hoofdconclusies in de Monitor RES 1.0 van het Planbureau voor de Leefomgeving. Knelpunt blijft nog wel het capaciteitstekort op het elektriciteitsnetwerk.
In het Klimaatakkoord uit 2019 hebben dertig energieregio’s het doel meegekregen om uiterlijk in 2030 tenminste 35 terawattuur (TWh) hernieuwbare elektriciteit te produceren met windturbines op land en zonnepanelen. Alle energieregio’s hebben inmiddels een Regionale Energiestrategie (RES) 1.0 opgesteld. De gezamenlijke ambities leiden volgens het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) naar schatting tot een productie van elektriciteit uit zon en wind van 35 tot 46 TWh in 2030.
Om dit doel met voldoende mate van zekerheid te kunnen halen, zijn - behalve lopende projecten en projecten waarvoor inmiddels subsidie is toegekend en vergunning is verleend - aanvullende projecten nodig. De RES’en bevatten daarvoor echter ruim voldoende plannen.
Grote stappen gezet door energieregio’s
Het PBL maakt de analyses in opdracht van het ministerie van EZK. De conclusies in het op 9 december gepubliceerde rapport worden getrokken op basis van een analyse van de per 1 juli 2021 aangeboden RES’en 1.0. Daaruit blijkt dat de regio’s hard hebben gewerkt aan de uitwerking van de eerdere concept-strategieën, ondanks de beperkingen vanwege de coronapandemie. Ten opzichte van de concept-RES’en is er een toename van 5 procent in de hoeveelheid hernieuwbare elektriciteit die de regio’s zeggen te willen produceren in 2030. De totale productie is nu 55,1 TWh.
Burgerparticipatie helpt
Een belangrijke reden dat de doelen dichterbij komen is de aandacht voor burgerparticipatie in de 30 energieregio’s. Ondanks de coronabeperkingen zij via online-bijeenkomsten en enquêtes veel dialogen gevoerd met een brede vertegenwoordiging van burgers. In die dialoog was veel ruimte voor verschillende geluiden, of het nu gaat om de wens voor meer lokale hernieuwbare energieopwekking, of juist om weerstand tegen projecten in de eigen leefomgeving.
Netcapaciteit is knelpunt op korte termijn
Toenemende schaarste op het elektriciteitsnet is nog wel een knelpunt op weg naar 2030. Met de sterke groei van het geïnstalleerd vermogen aan zonnepanelen is de schaarste op het elektriciteitsnetwerk sinds 2018 sterk toegenomen en zal deze de komende jaren een chronische belemmering vormen. Dit vraagt een hoger tempo om planning en realisatie van hernieuwbare energieopwekking af te stemmen op beschikbare en nieuwe netcapaciteit.
Knelpunten groene energietransitie in kaart
Ingenieursbureau Sweco publiceert een nieuwe kaart die de belangrijkste knelpunten van de energietransitie in beeld brengt. Deze kaart combineert de locaties en energieproductie van geplande zonneparken en -daken, met de capaciteit en knelpunten van het elektriciteitsnetwerk volgens de meest recente data van de energienetbeheerders.
Uit de kaart blijkt dat we 36% van de nieuwe duurzame zonne-energieproductie de komende 5 tot 10 jaar niet direct aan kunnen sluiten op de infrastructuur zoals die nu is. Hiermee lopen we ieder jaar duurzame energie voor ca. 1.100.000 huishoudens mis (o.b.v. 2.750 kWh energieverbruik per woning per jaar). De knelpunten doen zich met name voor in drie regio’s. In Flevoland kan maar liefst 89% van de geplande wind- en zonneparken de komende jaren niet worden aangesloten op het energienet. In Drenthe is dat 75%, en in Noord- en Midden-Limburg is dat 76%. 25 van de 30 energierisico’s heeft plannen voor wind- en zonneparken die méér energie produceren dan ons energienetwerk aan kan. Ruim 20% van de energieregio’s kan zelfs meer dan de helft van hun geplande groene energie niet direct benutten. Bij slechts 5 van de 30 energieregio’s is er wél voldoende capaciteit op het energienet om de groene energiebronnen aan te sluiten.
Kijk voor meer informatie op de website van Sweco.