EW08 Omslag 600
September 2025

‘Goed ontworpen en ­geïnstalleerde ­warmtepompsystemen werken altijd’

Interview met Coos Schouten, oud-directeur en nu adviseur bij Schouten Techniek

04 01

Excuses genoeg: te duur, te weinig rendement, te lange terugverdientijd, onvoldoende monteurs, netcongestie, onzekerheid over onderhoud. De lijst met redenen om de overstap naar een warmtepomp uit te stellen, lijkt sneller te groeien dan het aantal geplaatste units. En dat terwijl de techniek allang beschikbaar is én prima werkt. Ruim twee miljoen Nederlandse huishoudens draaien inmiddels op een warmtepomp. Maar de verkoop stagneert en de echte doorbraak lijkt uit te blijven. Coos Schouten, voormalig directeur en nu gepassioneerd adviseur bij Schouten Techniek: ‘Onze ­overheid speelt een sleutelrol. Consumenten, maar ook technici, willen weten waar ­
ze aan toe zijn.’

Waarom gaat de overstap naar de warmtepomp zo traag? Zijn het de kosten, de lange terugverdientijd of twijfels over rendement? Of zit het probleem dieper, bijvoorbeeld in de netcongestie? En vooral: wie moet er nu echt in actie komen om de omslag te versnellen? Coos Schouten vertelt wat er volgens hem technisch, praktisch en politiek nodig is om heel Nederland aan de warmtepomp te krijgen.

Wat is volgens u de belangrijkste reden dat veel huishoudens nog steeds kiezen voor een nieuwe cv-ketel in plaats van een (hybride) warmtepomp?

‘Ten eerste de hoge investeringskosten. De installatie van een nieuw systeem wil je op den duur terugverdienen. Met de huidige, toch relatief lage gasprijzen is dat op korte termijn lastig. De tweede factor die meespeelt, sluit aan op de eerste. Onze overheid speelt namelijk ook een sleutelrol. Zolang een meerjarenplan en aansluitend beleid wat betreft structureel stijgende gasprijzen uitblijft, verwatert de stimulans om thuis te verduurzamen met een warmtepomp. Consumenten, maar ook technici, willen weten waar ze aan toe zijn.’

Wat moet er op technisch en/of politiek vlak veranderen om mensen toch over te laten stappen naar een warmtepomp?

‘Hoewel het voor veel installateurs en woningeigenaren een uitdaging is om een warmtepompsysteem goed te laten werken, staat de techniek als een huis. Een goed ontworpen en goed geïnstalleerde warmtepomp werkt altijd. Dat staat buiten kijf. De grootste uitdaging ligt wat mij betreft dan ook bij de politiek. Zij staat op een centrale positie in het aanwakkeren van de warmtepompmarkt. Als je namelijk op basis van vastgesteld beleid weet dat de prijzen over vijf jaar een bepaald niveau aantikken of wanneer je zeker weet of de subsidie al dan niet overeind blijft, dan kunnen installateurs beter advies uitbrengen en kunnen degenen die het aanschaffen met meer zekerheid een keuze maken.’

‘Druk van warmtepomp op het net lang niet zo hoog als men ons voorschotelt’

Welke andere uitdagingen werken momenteel remmend op de uitrol van warmtepompen?

‘Op een paar locaties na heeft heel Nederland te maken met netcongestie. Aanvragen voor nieuwe aansluitingen op het elektriciteitsnet stuiten daardoor vaker op weerstand, wat weer nadelig is voor verduurzamingsmaatregelen die stroom gebruiken, zoals een warmtepomp. Althans, als je sommige netbeheerders mag geloven. Zij rekenen echter met een vermogen van 4 kW per systeem, terwijl een goed ingeregelde installatie in een woning het net met slechts 1 kW belast. De druk van een warmtepomp op het net is dus lang niet zo hoog als men ons voorschotelt.’
‘Tevens ben ik ervan overtuigd dat politiek Den Haag voor zichzelf een uitdaging creëert. Hun studies tonen namelijk dat warmtepompen belastend zijn voor het elektriciteitsnet en daarom wijzen ze warmtenetten aan als acceptabel alternatief. Wat ze echter niet doorhebben is dat ze daarmee hun eigen beleid op den duur tegenwerken. Alle centrales die de warmte voor deze warmtenetten opwekken, moeten in 2050 CO2-neutraal opereren. Om toch te kunnen verduurzamen, moeten ze eigenlijk hun pijlen richten op hoogtemperatuur – lees minder efficiënte – warmtepompen, met behoud van de warmteverliezen in het leidingtraject. Ik zeg niet dat we warmtenetten helemaal moeten vergeten, maar we moeten, ook voor de lange termijn, de consequenties ervan inzien en beseffen dat die netten voor de gebouwde omgeving wellicht een stuk minder interessant zijn dan velen momenteel denken.’

04 02

Dat klinkt alsof u heeft nagedacht over verschillende oplossingen.

‘Absoluut. De gebouwde omgeving gedijt bij individuele warmtepompen. Combineer je die installaties met andere technische vernuftigheden, zoals een batterij en/of een slimme sturing, dan kun je ook de dagelijkse stroompieken omzeilen. Trek je het beeld breder, dan lijkt waterstof de heilige graal te worden. Helaas komt daar de komende jaren onvoldoende van beschikbaar om heel Nederland mee te voorzien.’
‘De industrie staat ondertussen te popelen om haar veelal hoge temperatuurprocessen te verduurzamen. Iets waar warmtepompen moeite mee hebben, maar wat met waterstof een fluitje van een cent wordt. Het beetje waterstof dat beschikbaar komt, zal dus naar die industriële sector gaan. Gevolgd door de vliegtuigindustrie, die het als vervanger van kerosine gebruikt. Mocht er dan nog íets overblijven, dan zijn we al zoveel jaar verder dat de gebouwde omgeving al volledig is verduurzaamd. We kunnen immers niet blijven wachten. Nu hopen en rekenen we nog op de komst van waterstof, maar het is slimmer om deze optie volledig uit te sluiten voor de individuele woningaansluitingen. Dan verdwijnt de verwarring en kunnen we verder met het verduurzamen via warmtepompen.’

Welke rol is er in het hele verhaal weggelegd voor installateurs?

‘Net welke rol zij of hij zichzelf aanmeet. Ik zie installatiebedrijven daarbij meer als uitvoerders dan als aanjagers. Die taak is weggelegd voor politiek Den Haag, waarbij de brancheorganisaties hun best doen om tot de beleidsmakers door te dringen. Zij krijgen echter te maken met grote partijen en commerciële belangen. Wat installateurs wel kunnen doen is druk zetten op hun brancheorganisatie, op Techniek Nederland, zodat die kan lobbyen voor alle zaken die voor hun vakgebied belangrijk zijn.’

Wat kan of moet Techniek Nederland nog doen om het een en ander los te wrikken?

‘Techniek Nederland neemt al een belangrijke positie in. Zij vormen een goed georganiseerd instituut met vakkundige mensen. Met name bij de overheid zou men de denk- en werkwijze moeten veranderen. Luister naar de grote marktpartijen met hun geld gedreven belangen, maar hoor ook – en misschien nog wel wat meer – andere brancheorganisaties aan. Zij verkondigen de logica van de praktijk en staan echt midden in het werkveld.’

‘Waterstof volledig uitsluiten voor individuele woning-aansluitingen’

Hoe ziet u de situatie over vijf jaar?

‘De gehele gebouwde omgeving verwarmt dan ruimtes en het tapwater met behulp van warmtepompen. Daarbij komt, denk ik, dat fossiele energiecentrales steeds minder restwarmte zullen gaan produceren. Met als gevolg dat de warmtenetten die op restwarmte draaien, moeten overstappen op andere bronnen. Kernenergie neemt misschien die taak van centrale elektriciteitsopwekking deels over, maar die kunnen niet de benodigde warmte leveren. Wat er nog overblijft aan restwarmte uit bijvoorbeeld de afvalindustrie en waterzuiveringsinstallaties gaat naar zeer-lage-temperatuur warmte- en koudenetten (ZLT-netten). Daar kun je mijns inziens, een heel intelligent netwerk van maken, waarin meerdere partijen die een beetje warmte over hebben, deze kunnen leveren. Afnemers kunnen vervolgens met behulp van een warmtepomp de warmte opwaarderen en verdelen. In warmtenetten met hoge temperaturen geloof ik niet; maar ik zou wel willen inzetten op ZLT-netten.’
‘Sommigen zullen dan geothermie missen in deze blik vooruit. Dat heeft echter een goede reden. De projecten die ik vanaf de zijlijn meemaak, verlopen kortweg gezegd moeizaam. Boringen op deze dieptes – 2 tot 4 kilometer – brengen allerlei risico’s en dus uitdagingen met zich mee. Omdat wij ons bij Schouten Techniek niet specialiseren op dat gebied, durf ik geen uitspraken te doen over de details. Eén ding weet ik wel: de koudevraag in Nederland neemt de komende jaren toe en geothermie geeft daarop geen antwoord, zoals warmtepompen dat wel doen.’

Wat moet er nú veranderen om dat toekomstbeeld te realiseren?

‘De koudevraag die ik hiervoor benoemde, wordt momenteel nog te weinig erkend. Deels omdat je die met de warmtenetten, volgens sommige experts dé oplossing, niet oplost. Besteed je daar meer aandacht aan – zoals nu gelukkig via de Beng en TOjuli gebeurt – dan kom je vanzelf bij de oplossing: ZLT-netten in combinatie met warmtepompen. Het gebrek aan aandacht voor koeling hangt echt samen met het momenteel zo populaire korte-termijndenken. We zien nog vaak dat grote partijen zoals woningcorporaties nu iets opgelegd krijgen, waarna ze vanuit onwetendheid te snelle beslissingen nemen. Door even stil te staan en naar het grotere plaatje te kijken, gaat er voor iedereen een wereld aan oplossingen open die bepaalde investeringen, juist ook op de lange termijn, rendabel   maken.’

Tekst: Laura Timmermans
Fotografie: Jan Reinier van der Vliet

Lees meer artikelen in het dossier Klimaat- en duurzame techniek

Meer weten over de nieuwste installatietechnieken en de laatste richtlijnen?
Meld u dan nu aan voor onze gratis tweewekelijkse nieuwsbrief.