Februari 2022
Installateur slaat slag met ervaring in prefab
Nom-woning met bodemgebonden warmtepomp
Schouten Techniek in Zwaag is een van de eerste bedrijven die de voordelen erkende van prefab installaties. De kennis en ervaring die het bedrijf hiermee door de jaren heeft opgebouwd, wordt nu toegepast in de Belle-Vue Energy 2.0-woning van vastgoedontwikkelaar Diemeer. Deze Nom-woning, ruimer dan de gemiddelde nieuwbouwwoning, is volledig geprefabriceerd en in ongekend tempo te realiseren.
Vastgoedontwikkelaar Diemeer spreekt van een revolutie in de bouwwereld. Misschien is dat wat overdreven, want ‘fabriekswoningen’ kennen we al langer. Maar dankzij de inbreng van Schouten Installatietechniek zijn de Belle-Vue Energy 2.0-woningen wel Nul-op-de-Meter en voldoen ze aan Beng 2. Diemeer denkt dat het bouwconcept dé oplossing is om de woningmarkt vlot te trekken. ‘Het mag dan modulaire bouw zijn, de kwaliteit doet in geen enkel opzicht onder voor permanent,’ benadrukt Coos Schouten, algemeen directeur van Schouten Installatietechniek. ‘De wanden zijn hoogwaardig geïsoleerd en afgewerkt met een gipsvezelplaat. Geluid tussen kamers onderling is zo goed als onhoorbaar en geluiden van de bovenverdieping zijn beneden niet te horen.’
Schouten Techniek gelooft in verduurzaming en prefab. ‘Daar geloven we zelfs al heel lang in,’ zegt Coos Schouten. ‘Voor Ursem Modulaire Bouwsystemen brachten we in de jaren negentig al veel installatietechniek prefab aan in hun modules. Sinds 2012 is Schouten Techniek deels eigenaar van de fabriek en vanaf dat moment zijn we complete badkamers gaan prefabriceren. Van lieverlee zijn die activiteiten steeds verder doorontwikkeld, wat onder meer tot uitdrukking kwam in de Belle-Vue woningen. De eerste woningen volgens dat concept bouwden we in 2015 in Heerhugowaard. We wisten de gemeenteraad ervan te overtuigen dat duurzaam bouwen met een bodemgebonden warmtepomp ook tegen een betaalbare prijs mogelijk was.’
De belangstelling voor de grondgebonden Nom-woningen was meteen groot. Sindsdien zijn er meer dan tweehonderd van deze compleet afgewerkte woningen neergezet, vooral in Noord-Holland, Groningen en Drenthe. Inmiddels hebben de samenwerkende partners Ursem Modulaire Bouwsystemen, Schouten Techniek en Belle-Vue Wonen een achttal projecten gerealiseerd en van elke stap is geleerd. Dat resulteerde in de tweede generatie van het woningconcept: Belle-Vue Energy 2.0
Water-waterwarmtepomp
Waar de bodemgebonden warmtepomp veelal wordt geassocieerd met een weliswaar duurzame maar ook kostbare techniek, bewijst de Belle-Vue-woning dat deze oplossing wel degelijk ook mogelijk is voor sociale nieuwbouw. Op de begane grond is een Itho-Daalderop warmtepomp van 3,5 kW opgenomen en elke woning heeft een eigen gesloten bron. De warmte en koude wordt in de woning afgegeven via leidingen die in de betonvloer zijn opgenomen. ‘Wij hebben voor dit afgiftesysteem gekozen, omdat in onze visie in deze woning koeling belangrijker is dan verwarming. Een betonvloer biedt meer koelcapaciteit dan radiatoren of convectoren. Zeker voor de verdiepingsvloer waar de slaapkamers zijn gesitueerd, is verwarming veel minder belangrijk. Omdat de bovenkant van elke module een dragend houten plafond heeft waar de betonvloer van de bovenliggende module op wordt geplaatst, zijn onder- en bovenverdieping ook energetisch goed gescheiden. Dat we daarmee goed zitten, blijkt ook uit het comfort dat door de bewoners zeer hoog wordt gewaardeerd.’
De vloerverwarming wordt al aangebracht bij het storten van de vloer. Dat gebeurt overigens niet in de fabriek van Ursem Modulaire Bouwsystemen, maar door een externe partij. In afwijking van het gebruikelijke ‘slakkenhuis’-patroon, waarin de leidingen van de vloerverwarming worden gelegd, heeft Schouten gekozen voor een oriëntatie waarbij de leidingen dichter bij elkaar liggen op de plaats waar grote ramen in de buitengevel zijn opgenomen. Standaard is de woning voorzien van een 150 liter boilervat, optioneel is een 200 liter vat.
De bronnen voor de warmtepomp zijn al geboord wanneer de prefab modules op de bouwlocatie aankomen. Schouten heeft op de bouwplaats twee man aanwezig die per dag de aansluiting van de complete geprefabriceerde installatietechniek verzorgen, inclusief de koppeling aan riolering, stroomnet en waterleiding. ‘Voordat het zover is, zijn er uiteraard in de fabriek al de nodige uren installatiewerk achter de rug. Maar al met al zijn we met het installatiewerk per woning beduidend sneller in vergelijking met een traditionele woning. We hebben grofweg 20 procent minder uren nodig.’
Coos Schouten benadrukt dat prefab bijdraagt aan kwaliteitsverbetering, doordat de montage onder geconditioneerde omstandigheden plaatsvindt en het proces heel efficiënt kan worden aangestuurd. Ook drukt prefab de faalkosten. ‘Waar het bij traditioneel installeren nog wel eens fout kan gaan door miscommunicatie tussen de verschillende disciplines, hebben de processen op de werkvloer bij prefab inmiddels een hoge graad van perfectie bereikt. Wij hebben de engineering volledig in eigen hand. En dat wordt multidisciplinair aangepakt vanuit dezelfde rekenmodellen en ontwerpsoftware.’
‘De processen op de werkvloer bij prefab hebben een hoge graad van perfectie bereikt’
Product van samenwerking
Wat is er trouwens leidend bij het ontwerp van de modulaire woning? Zijn het de industriële processen die bepalend zijn voor welke installatietechniek kan worden toegepast, of bepalen de benodigde installatietechnieken welk productieproces toegepast moet worden? ‘Ik geloof niet dat het ene zwaarder weegt dan het ander,’ zegt Schouten. ‘Deze Belle-Vue-woningen zijn echt een product van samenwerking. We kiezen niet voor andere installatiecomponenten omdat die beter zouden passen. De prestaties en duurzaamheid van de installaties staan voorop. Op basis daarvan is het ontwerp van de Belle-Vue-woning op onderdelen gewijzigd. Zo zijn onder andere de plaats en constructie van schachten op onderdelen gewijzigd. Die maakten een andere plattegrond mogelijk, die beter uitkwam voor de te plaatsen installaties.’ Schouten geeft eerlijk toe dat prefab het wel lastiger maakt om tegemoet te komen aan individuele wensen van toekomstige gebruikers. ‘In het verleden luisterden we soms te veel mee naar die individuele wensen, maar dat bleek het prefabproces nogal te verstoren. Nu is de woning overigens zo compleet toegerust, dat dat ook niet meer nodig is. We noemen het sociale woningbouw, maar er zit een hele mooie en degelijke keuken in. Vloeren en wanden zijn fraai afgewerkt. Er zijn meer dan voldoende stopcontacten en de voorbereidingen voor een laadpaalaansluiting. Maar mochten er nog extra wensen zijn, dan kijken we of we eraan tegemoet kunnen komen.’
Back-to-back opstelling
De Belle-Vue-woning heeft een plat dak, wat ideaal is voor Schoutens favoriete opstelling van de pv-panelen: oost-west georiënteerd. Bij deze zogeheten back-to-back opstelling worden de panelen onder een hoek in een V-vorm geplaatst, dus met de ‘ruggen’ tegen elkaar, waardoor er minder ruimte nodig is tussen de panelen. In deze opstelling is de opbrengst ook gelijkmatiger over de dag verdeeld, waardoor de piekbelasting op het elektriciteitsnet lager is. Op elke woning liggen 24 pv- panelen. ‘Ik hoor mensen zich bij Nom-woningen soms afvragen of de energieopbrengst wel in balans is met het gebruik. Nou bij deze woningen is dat beslist het geval. De bewoners van de Nom-woningen die wij hebben gerealiseerd, hebben vrijwel allemaal teruggeleverd gekregen. Dat is deels ook te danken aan de gunstigere COP van de water-waterwarmtepomp. Natuurlijk is een lucht-waterwarmtepomp goedkoper, maar op de langere termijn ben je met een bodemgebonden systeem goedkoper uit.’
De verbeteringen qua prefab tussen de 1.0- en de 2.0-woningen zitten hem vooral in kleine details, die ervoor zorgen dat de bouwtijd op locatie sterk is verkort. Omdat modulaire bouw plaatsvindt in een fabriek, kan de productie van de modules gelijklopen met het grondwerk en de fundering. Daardoor kan twee keer zo snel worden gebouwd als bij traditionele bouw.
Schouten wijst er nog op dat de woning voldoet aan de Beng-eisen. ‘We hebben Beng doorgerekend op verschillende oriëntaties. Isolatie, luchtdichtheid, installatietechnisch et cetera. We hebben alles meegenomen. Je bent met pure houtbouw meer energie aan verwarmen en koelen kwijt door het ontbreken van bufferend vermogen, maar dankzij de betonvloeren van de Belle-Vue-woning is dat weer opgelost en heb je de perfecte mix van hout (CO2-optimaal) en beton (comfort en energie). We wilden Beng 2 halen zonder gebruik te maken van een overstek als zonwering. Daar zijn we in geslaagd door de isolatiewaarden iets te vergroten richting Rc 8 en bij het glas en kozijnen staat de U-waarde nu op 1,2. Met twee panelen per woning zouden we dat al gehaald hebben, dus alles wat we toevoegden was erop gericht Nul-op-de-Meter te bereiken volgens de definitie van de Energieprestatievergoeding. De woning is voorzien van balansventilatie van Brink. In het hele ontwerpproces ben je voortdurend bezig een optimum te vinden, dat qua betaalbaarheid nog past in sociale woningbouw. Dat hebben we met deze Belle-Vue Energie 2.0-woning gevonden.’
Proef met snelle vergunningverlening
Het vernieuwde woningconcept is onlangs geprensenteerd aan de gemeente Heerhugowaard en positief ontvangen. De gemeente is zelfs met een proef gestart om bouwvergunningen voor de bouw van modulaire woningen sneller te verstrekken. De tweelaagse eengezins-woningen of gelijkvloerse seniorenwoningen worden voor ongeveer 160.000 euro inclusief btw aangeboden aan de ontwikkelaar. Daar is de grondprijs niet bij inbegrepen. De woningen hebben een gebruiksoppervlakte van 104 m2 en zijn daarmee groter dan de gemiddelde woning die in Nederland wordt gebouwd.
Tekst: Mari van Lieshout
Fotografie: Schouten Techniek