7 juli 2020
Aerosolen verspreiden coronavirus maar dragen het niet over
Corona
Het is mogelijk om blootgesteld te worden aan het coronavirus via fijne vochtdruppels die in niet-geventileerde ruimtes uren kunnen blijven hangen. In hoeverre het virus via aerosolen ook overgedragen wordt, blijft nog steeds onduidelijk.
Dat zegt het RIVM op de site van de NOS in reactie op een open brief die 239 wetenschappers uit 32 landen stuurden aan het WHO. Daarin zeggen deze wetenschappers genoeg bewijs te hebben dat het virus weldegelijk via aerosolen wordt overgedragen. Het advies van hen is dan ook om zelfs bij meer dan anderhalve meter afstand een mondkapje te dragen, en om goede filters en ventilatiesystemen te installeren die de verspreiding van aerosolen voorkomen. Gezondheidsingenieur Francesco Franchimon, een van de ondertekenaars, werd maandagavond over dit onderwerp aan de tand gevoeld in het programma Op1 en betoogde ‘continu te ventileren, ook ’s nachts en in het weekend en op de hoogste stand.
Hoeveelheid druppels
De RIVM-wetenschappers stelden in eigen onderzoek vast dat na een nies de meeste kleine druppels (aerosolen) in de lucht blijven hangen, gevolgd door een hoest, twintig minuten praten en ademen. Hoe groot de kans is dat iemand in aanraking komt met het virus hangt af van de grootte van de ruimte en de tijd dat iemand er verblijft, maar ook van de hoeveelheid druppels die een coronapatiënt ontwikkelt en hoeveel virusdeeltjes daarin zitten.
Minder dan 1 procent
Vooral het aantal druppels en het aantal virusdeeltjes blijken nogal te verschillen per patiënt. De ene persoon kan honderdduizend keer zoveel virusdeeltjes per milliliter vocht hebben als een ander. In de meeste gevallen is de kans dat iemand in aanraking komt met het virus via aerosolen volgens de RIVM-onderzoekers minder dan 1 procent. Bij driekwart van de coronapatiënten zitten er een miljoen virusdeeltjes of minder in een milliliter vocht, en daarbij is de kans op overdracht klein.
Uitschieters
Maar, zegt het RIVM op de site van de NOS, er zijn ook uitschieters. Een op de twintig patiënten heeft een hoge virusconcentratie van honderd miljoen virusdeeltjes per milliliter vocht. Als zo iemand in een volle bus hevig niest, is de kans dat minstens één ander persoon wordt blootgesteld aan het virus 100 procent. Maar ook dan is volgens het RIVM nog niet gezegd dat diegene ook daadwerkelijk besmet raakt. Dat zal af en toe vóórkomen, maar als iemand met veel virusdeeltjes zich aan de voorschriften houdt, droog praat en hoest is er alsnog niet zo veel aan de hand.’
Verkeerd ventileren
Het RIVM is het dus niet eens met de stelling van de 237 wetenschappers. Het is volgens het instituut niet duidelijk hoeveel mensen daadwerkelijk via aerosolen worden besmet. Bovendien is nog niet precies duidelijk wat 'goed ventileren' – een belangrijk advies van de wetenschappers - inhoudt. Ventileren is ‘altijd een goed idee is’, zo zegt het RIVM op de site van de NOS. Niet alleen voor corona. Maar goed ventileren is technisch lastig omdat je eigenlijk per ruimte moet kijken hoe je dat aanpakt. Je wilt niet door verkeerd ventileren de virusdeeltjes van een ziek persoon juist in het gezicht van tien anderen waaien.
(bron: NOS.nl)