16 juli 2024
Schiphol test milieuvriendelijker superbatterij
Steeds vaker zet luchthaven Schiphol elektrisch materieel in om de luchthaven te verduurzamen. Sinds kort test de luchthaven daarom de zogenoemde Iron Flow Batterij (IFB). Met de opslag ontziet de luchthaven het overbelaste energienet en heeft het altijd een flinke voorraad stroom voorhanden voor het elektrisch materieel.
De batterij heeft de omvang van een 40 ft zeecontainer, weegt 40 ton en heeft een maximale opslagcapaciteit van 500 kWh. De eerste testbatterij staat bij het A/B platform, de thuisbasis van de KLM Cityhopper. De IFB is nog niet zolang op de markt en werd tot nu toe alleen in Amerika gebruikt. Schiphol is met de komst van de IFB de eerste luchthaven ter wereld die over zo’n batterij beschikt.
Uitstootvrij in 2030
Tests moeten uitwijzen hoe de batterij in de praktijk werkt. Voorlopig gaat hij de elektrische Ground Power Units (e-GPU) bij het A/B platform opladen. De e-GPU’s voorzien een vliegtuig van stroom als hij aan de grond staat. Schiphol test onder meer de gebruikersvriendelijkheid, betrouwbaarheid en de efficiency van de IFB. Als de test positief verloopt, komen er meer naar Schiphol. Want Schiphol heeft als doel dat in 2030 al het grondmaterieel rond de vliegtuigen uitstootvrij is en dus elektrisch.
Natuurlijker materiaal
De Iron Flow Batterij (IFB) onderscheidt zich door de werking van natuurlijke materialen. Hij werkt namelijk op basis van ijzer en zout water, materialen die in ruime mate en makkelijk voorhanden zijn. Dat biedt grote voordelen vergeleken met lithium batterijen waarvan de grondstof vaak wordt gedolven onder slechte arbeidsomstandigheden en met schade voor het milieu. De IFB is ook veel minder brandgevaarlijk en slijt niet. Zo blijft de capaciteit tot wel 20 jaar gegarandeerd hetzelfde.
De batterij
De batterij is ontwikkeld en gebouwd door ESS Inc in Oregon, USA. Het innovatieteam van Schiphol haalde de IFB naar de luchthaven. Beheer en gebruik liggen bij Volker Infra en KES (KLM Equipment Service). De batterij wordt mede gesubsidieerd door de EU en is daarmee onderdeel van TULIPS, een Europees samenwerkingsverband van 32 luchtvaartpartijen en kennisinstituten, geleid door Royal Schiphol Group.